Bij het reinigen van de erwten worden de vliezen en de schillen gescheiden van het zaad. Dit zijn de zogeheten buitenvezels. Ze worden de laatste jaren steeds vaker gebruikt in petfood als een luxevervanger van vezels van tarwe, maïs, soja of bietenpulp.
Katten en honden hebben steeds meer last van obesitas. Veel vezels en weinig vet is het parool. Als je erwtenbuitenvezels vergelijkt met andere plantaardige vezels, dan voeren ze ongeveer hetzelfde. Het voordeel van erwtenbuitenvezels is dat ze zeer weinig vet bevatten: minder dan 0,25 procent. Daarnaast bevatten erwtenbuitenvezels veel ruwe vezels: 35 tot 40 procent. Dit maakt erwtenbuitenvezels tot een zeer caloriearm ingrediënt, perfect toe te passen in vetarme dieetvoeding voor huisdieren.
De oplosbare vezels zorgen voor een goede fermentatie. Dat betekent dat huisdieren minder gas produceren dan wanneer er andere plantaardige vezels worden gebruikt. Waar de eerdergenoemde vezelbronnen vaak worden gezien als goedkope vullers, geldt dat door het nagenoeg ontbreken van calorieën juist niet voor erwtenbuitenvezels.
De erwtenbuitenvezels onderscheiden zich van gewone erwtenvezels doordat ze een hogere concentratie aan voedingsvezels bevatten: meer dan 85 procent. Bovendien zijn ze rijk aan xylosesuiker.
Erwtenbuitenvezels gaan in poedervorm in petfood. Het gaat om een lichtgekleurd - wit tot crème - bijna reukloos poeder en heeft een neutrale smaak. Dat betekent dat het ingrediënt geen invloed heeft op de smaak van het eten.
Erwtenbuitenvezels kunnen gemengd worden in zowel nat als droog petfood. In vochtige voeders heeft het een goede bindkrachtachtige functie.